De jeugd achter de computer vandaan krijgen en weer buiten laten spelen. Met dat idee begon Ben Admiraal in 2006 met het bouwen van interactieve speeltoestellen.
De visie slaat aan. Zijn bedrijf Yalp (‘Play’ achterstevoren) is gegroeid tot veertig werknemers.
Maar Admiraal wil meer. Het ontwikkelen van de speeltoestellen is duur en tijdrovend. Om de investering terug te verdienen kijkt hij sinds een jaar of vijf ook over de Nederlandse grenzen. In 2020 moet de helft van de inkomsten uit het buitenland komen.
Inmiddels heeft Yalp 475 speellocaties in 26 landen opgeleverd, maar er is een grote markt waar het bedrijf uit het Twentse Goor nog nauwelijks aanwezig is: de VS.
Met hulp van het Oranje Handelsmissiefonds zet Yalp nu de eerste stappen op de Amerikaanse markt. Yalp was het afgelopen jaar een van de tien winnaars die ondersteuning kreeg van de initiatiefnemers van het fonds: MKB-Nederland, ING, KLM en het ministerie van Buitenlandse Zaken.
In Amerika voet aan de grond krijgen is nog niet zo makkelijk, gaf Yvonne Overmaat, directeur Nederland en Vlaanderen, tijdens de terugkomdag op 7 september aan. "We zaten daar met grote fabrikanten van speeltoestellen om tafel. Ze waren verbaasd over hoe ver wij vooroplopen. Ze zeiden: 'Zo ver zijn wij hier nog helemaal niet.'"
Kijk hoe innovatief de speeltoestellen van Yalp zijn, naar eigen zeggen "de Apple van de speeltoestellen".